Over de schrijver

Mijn foto
is columnist bij Vitesse Inside. De artikelen van dit blog verschijnen ook daar. Contact: plusvite1892@gmail.com Facebook: www.facebook.com/plus.vite.39

maandag 30 november 2015

Homo's

Ter gelegenheid van de verschijning van mijn nieuwe kinderboek een oude column in een nieuw jasje.

Guus is in het stadion. In het voetbalstadion. Samen met papa. Ze kijken naar een wedstrijd. Een wedstrijd van Vitesse. Er wordt gezongen en geschreeuwd door de mensen op de tribunes.
‘Pap, wat roepen die meneren?’ vraagt Guus.
‘Welke meneren?’ antwoordt papa.
‘Die meneren aan de overkant, achter dat glas.’
‘Dat zijn geen meneren, Guus, dat zijn NEKKERS.’
‘Wat roepen die NEKKERS, pap?’
Papa kijkt Guus even aan, kijkt even bedenkelijk en zegt dan:
‘Ze roepen allerlei dingen over ons.’
‘Wat dan?’ wil Guus weten.
‘Tja eh… nou dat we homo's zijn. Wij zijn de homo's van Vites. Dat is wat ze roepen.’
‘En dat zijn we niet, hè pap, homo’s? Toch?’
‘Nee’, antwoordt papa, ‘maar we zijn wel van Vites!’
‘Dat is toch niet aardig van die NEKKERS, dat ze dat roepen, hè pap?’
Papa geeft Guus een aai over zijn bol en zegt: ‘Weet je, Guus, het zijn een beetje domme meneren. Laat ze maar roepen.’
Papa kijkt weer naar de wedstrijd.
‘Ja,’ roept hij opeens, ‘schieten! GOAL! Vako! Zie je wel, ik zei toch dat we gaan winnen!’ Papa staat te springen en te juichen. En Guus doet mee. Hij staat zelfs op zijn stoeltje te springen. ‘Dit vinden die NEKKERS niet leuk, hè pap?’
‘Nee, Guus, dat vinden ze zeker niet leuk, ha, ha!’ Papa is heel blij, dat kan Guus wel zien.
‘Pap, ze roepen weer dat we homo's zijn.’
‘Dat is niet erg, hoor,’ antwoordt papa, ‘kijk maar, de jongens op Zuid klappen er zelfs om. Eigenlijk, eigenlijk is het een soort compliment.’
‘Een compliment?’ Guus kijkt papa vragend aan.
‘Ja, homo’s zijn meestal erg aardige meneren, die nooit rotzooi trappen. Ze hebben een goede smaak en bovendien zijn ze niet dom.’
‘Dat zijn die NEKKERS wel, hè pap?’
‘Ja, zielig zooitje!’
‘Ik vind voetbal best leuk, pap!’
‘Dat dacht ik al, Guus. En volgens mij vallen er straks nog meer doelpunten en dan wordt het nog leuker!’
Guus kijkt weer naar het uitvak.
‘Die NEKKERS zijn nu wel heel stil, hè pap?’
‘Ja,’ lacht papa, ‘dat komt omdat ze achter staan.’
Guus kijkt naar de Zuidtribune. Daar staan de mensen te zingen en te springen.
‘Het lijkt wel een feestje op de tribune, hè pap?’
‘Inderdaad, hoor ze eens zingen: Waar is dat feestje, hier is dat feestje...’
Guus ziet dat een voetballer van Vitesse heel hard tegen zijn benen geschopt wordt.
‘Oeioei, dat mag die meneer toch niet doen, hè pap? Dat is toch heel gemeen?’
‘Nee, dat klopt en daarom krijgt hij ook een gele kaart.’
‘Alle NEKKERS zijn homo, alle NEKKERS zijn homo!’ zingen de jongens op Zuid.
‘Zijn de NEKKERS nu ook homo's, pap?’
Papa kijkt Guus even vragend aan, denkt even na en zegt dan: ‘Uh... ja, uh..., dat komt omdat ze... uh.... zich vandaag zo netjes gedragen hebben, de supporters dan. Ze hebben niet gevochten of met dingen gesmeten, ze hebben geen vuurwerk gegooid en zo.’
Guus knikt. ‘Ze hebben alleen maar homo geroepen. En dat is niet erg, hè pap?’
‘Nee, Guus, dat is niet erg.’
Guus denkt even na en trekt papa dan aan zijn mouw.
‘Eigenlijk zouden alle voetbalsupporters homo’s moeten zijn, hè pap?’
‘Hoezo?’ vraagt papa verbaasd.
‘Dan zouden er nooit meer vervelende dingen gebeuren bij het voetbal.’

Plus Vite




maandag 16 november 2015

Boeien

‘Vreemdelingenlegioen Vitesse kan voetbalsupporter niet boeien.’

Zo kopte zaterdag een artikel in de Gelderlander. Frank van den Wall Bake, sportmarketinggoeroe van het gelijknamige consultancybureau, is, zo zegt hij zelf, altijd redelijk zeker van zijn zaak. Ook nu: dat het Gelredome niet vol zit heeft te maken met de Chelsea-connectie. De huurlingen uit Londen zouden een bepaalde onverschilligheid tegenover de club veroorzaken. Sterker nog, hij denkt dat Vitesse aan geloofwaardigheid heeft ingeboet . De club is een ‘duiventil’ geworden en daardoor ontbreekt het bij de fans aan identificatie.


Voorop gesteld: ik moet ook elke thuiswedstrijd met lede ogen aanzien dat het stadion slecht gevuld is. Er is alle reden om daar bezorgd over te zijn. Het Gelredome is een comfortabel stadion, Vitesse zorgt met gratis vervoer goed voor zijn seizoenkaarthouders en bovenal wordt er merendeels heerlijk voetbal gespeeld. Terecht dat de vraag gesteld wordt waarom er niet meer toeschouwers de weg naar het stadion weten te vinden. Maar het antwoord ligt een stuk genuanceerder dan het simpele en arrogante verhaaltje van meneer van den Wall Bake.

Alles heeft volgens mij te maken met de positionering in de regio. Elke club heeft in eerste instantie een bepaalde aantrekkingskracht op voetballiefhebbers uit de eigen omgeving. Als geboren Arnhemmer is de kans groot dat je je aangetrokken voelt tot de plaatselijke trots. Maar ook bij mensen uit Duiven, Rheden, Oosterbeek etc. ligt door de band met de stad een voorliefde voor Vitesse voor de hand. Richting Nijmegen wordt dat anders. Hoe dichter je die stad nadert, hoe minder de betrokkenheid bij Arnhem en Vitesse gevoeld wordt.

Een tijdje geleden stond daar een mooi kaartje van in o.a. de Gelderlander en Tubantia. (http://www.tubantia.nl/extra/datajournalistiek/voetbalkaart) Op de kaart is duidelijk te zien waar van elke club een grote concentratie seizoenkaarthouders woont. Op de kaart is goed te zien dat naar het zuiden en oosten van Arnhem de aantrekkingskracht afneemt naar mate Doetinchem en Nijmegen dichterbij komen. Logisch lijkt me. In het noorden, met Apeldoorn als belangrijkste supportersmarkt, is Go Ahead net even wat populairder. Begrijpelijk misschien, doordat Deventer een stukje dichterbij ligt dan Arnhem. Naar het westen en dan met name in de Gelderse Vallei, zijn überhaupt weinig seizoenkaarthouders. Hier is de voetbalsport sowieso niet zo populair. Hoogstwaarschijnlijk speelt de strenge naleving van het christelijk geloof in deze streek een grote rol.

Dan blijft dus de stad Arnhem en haar directe omgeving over als primair voedingsgebied voor de club. Waarschijnlijk zullen we ons neer moeten leggen bij vaste toeschouwersaantallen rond de 17.000. Behalve natuurlijk wanneer we echt grote successen gaan boeken en de uitstraling van de club een boost zou krijgen. Hoewel is dat dan met supporters of met meelopers? 

Een vlug rekensommetje vertelt me echter dat bij 17.000 toeschouwers ongeveer 1 op 14 mensen uit de Vitesse-regio de wedstrijden bezoekt. Dat is op zich een mooie verhouding, zeker als je die zou gebruiken voor Amsterdam en Ajax. De Arena zou dan twee keer zo groot en altijd uitverkocht moeten zijn. En dat nog even los van de vele seizoenkaarthouders die niet in de regio Amsterdam wonen. Dat laat een ander licht op de zaak schijnen. Bovendien, had ons stadion maar 16.000 plaatsen gehad, was het stijf uitverkocht geweest. Ben benieuwd of men er dan ook zo mee bezig was geweest.

Met zijn mooie verhaal over de Chelsea-connectie doet meneer van den Wall Bake wat zovele ‘experts’ in het verleden ook al hebben gedaan en trouwens nog steeds doen: het imago van de club beschadigen. Persoonlijk neem ik de mensen die het over een duiventil, vreemdelingenlegioen of satellietclub hebben, niet eens meer serieus. Het zijn diegenen die vooral elkaar napraten, makkelijk willen scoren en totaal geen gevoel hebben voor wat een club voor een echte supporter betekent. Maar meneer de expert schrijft het zelf al in zijn opiniestuk: voetbalfans zijn niet gek en zeker niet dom. Vandaar mijn uitspraak:

‘Frank van den Wall Bake kan Vitessesupporter niet boeien.’

donderdag 5 november 2015

Te licht

Te licht. De media schilderden Vitesse vorige week af als te licht. Te licht voor de top. Alleen al het feit dat wedstrijd tegen Ajax verloren ging, was blijkbaar voldoende om dit oordeel te kunnen vellen. Wel het beste voetbal van Nederland, maar ook te licht voor de top. Zo af en toe kan ik die logica niet volgen. Gelukkig zijn er ook nog nuchtere analytici: ‘Het seizoen is nog lang en in dit Vitesse zitten meer groeimogelijkheden dan in het elftal van Ajax.’

En met dat laatste ben ik het eens. Dat de talenten van Vitesse nog niet alles laten zien wat er in hun mars zit, is voor iedereen duidelijk. Maar er lopen zeker een paar groeibriljantjes tussen.
Rasvoetballers die, als ze een beetje geluk hebben, de top kunnen bereiken. In dat opzicht kunnen we dus dit seizoen nog het één en ander verwachten. De misstap tegen Ajax vind ik dan ook niet dramatisch. Als er nu sprake zou zijn van een overduidelijk betere tegenstander, dan zou dat wel het geval zijn geweest. Maar nee, met een beetje geluk was de wedstrijd net even anders gelopen.
Te licht. Toch zat hem daar wel het verschil. Maar dan met name letterlijk. Het viel me op dat bij lichamelijke confrontaties de helft van het elftal steeds het onderspit moest delven. Niet dat ze ongemotiveerd waren of te voorzichtig. Nee, gewoon omdat ze te licht zijn. Het duidelijkste voorbeeld is Dominic Solanke. Een jongen, voor wie waarschijnlijk een gouden toekomst in het verschiet ligt. Een jongen ook die in potentie de bouw van een kerel heeft. Een voetballer die het talent zou moeten hebben om onverzettelijk te zijn. Letterlijk. Maar helaas, zover is het nog niet. Te makkelijk laat hij zich de loef af steken, te makkelijk wordt hij aan de kant gezet.

Natuurlijk, de knul is pas achttien en moet nog veel leren. Er is hem dan ook helemaal niets te verwijten. Zijn sterke lichaam moet nog ‘opgeladen’ worden, zijn massa zal moeten toenemen, zijn spieren moeten sterker worden. Dat is een kwestie van tijd. Maar Het krachthonk heeft pas op lange termijn effect. De vraag is of we in Arnhem bij Solanke daar het komende jaar nog wat van zullen merken.

Maar wat wel kan is trainen. Trainen op situaties met lichamelijk contact. Je hoeft niet sterk en groot te zijn om die confrontaties aan te kunnen. Je moet slim zijn, handig, wendbaar. De grote sterren bij Barcelona zijn vaak kleine mannetjes. Confrontaties met fysiek sterke spelers vormen geen echt probleem voor ze. Andere kwaliteiten compenseren het gebrek aan lengte en kracht.
Eén van de kwaliteiten van onze topscorer uit het verleden, Nikos Machlas, was zijn balvastheid. Met zijn 1.83 meter was hij niet echt klein, maar bepaald ook niet groot. Hij bezat de techniek van zich breed maken als geen ander. Hij kon zo gaan staan dat zijn gewicht altijd ruim tussen zijn benen bleef. Zo maakte hij zich erg breed, waardoor tegenstanders weinig kans hadden en hij bijna altijd op de been bleef.


Je hoeft onze selectie niet te leren voetballen, maar misschien wel leren slim te zijn. Geef de jongens handvatten om zich te wapenen tegen fysiek sterke tegenstanders en train daar veel op. We hebben daarvoor de kennis en expertise en ook de mensen in huis. Ik ben ervan overtuigd dat we die wedstrijd tegen Ajax dan in de Arena wel even zullen rechtzetten.