Het was bijna een déjà
vu, die wedstrijd laatst tegen Excelsior. De volle tribunes deden me denken aan
de begintijd van het Gelredome, toen het stadion en ook de stad trilden van
opwinding als Vitesse moest spelen. Iedereen wilde daar bij zijn, niemand wilde
dat missen.
Die meer dan twintigduizend toeschouwers zullen er aanstaande
zaterdag tegen Heerenveen zeker niet zijn. De gelukzoekers die voor vijf of
tien euro werden binnengelokt, zullen na die teleurstellende pot geen behoefte
meer hebben om weer van de partij te zijn. Nee, zaterdag zijn we weer onder
ons. Vijftien-, zestienduizend
mensen mogen zich Vitesse-supporter noemen. Zij
zijn er altijd en zijn in feite de kern van de club. Zij zijn ook degenen die
recht hebben om hun mening te uiten over de opstelling, of over de speelwijze, of
om te mopperen als het niet loopt. Dat
dat niet altijd even genuanceerd gebeurt is ook een feit, maar komt voort uit emoties
en frustraties, die horen bij liefde voor het cluppie. Zolang het geen
buitensporige vormen aanneemt zoals we afgelopen week in Amsterdam en Rotterdam
zagen, kan dat.
Het loopt even niet bij Vitesse. De geroemde speelwijze van de
eerste seizoenshelft komt niet meer uit de verf. Het verzorgde en af en toe
sprankelende voetbal van toen is nog maar sporadisch waar te nemen. En iedere
supporter heeft daar zo zijn mening over. Het vertrek van Bosz, de coaching van
Maas, het gebrek aan een goede spits, geen plan B, te weinig diepgang in het
spel, het ontbreken van Kashia.
Gelukkig was Guram er afgelopen zaterdag weer bij. Hoewel de
uitslag ons niet vrolijk stemde, kon je wel zien dat zijn aanwezigheid iets
extra's toevoegde: leiderschap, gedrevenheid, passie. Supporters mogen hun
mening hebben, mogen mopperen en kritisch zijn, maar er is eigenlijk maar één
ding dat je de voetballers echt zou kunnen verwijten als het even niet goed
gaat en dat is gebrek aan inzet. En dat is wat mij betreft nu niet aan de orde.
Er werd in Alkmaar geknokt, helaas zonder resultaat. En dat laatste blijft dan
hangen. Dat is wat we onthouden en wat zichtbaar is in de statistieken.
Maar
nu we zaterdag weer onder ons zijn, moeten weer de rijen weer sluiten. We
moeten, zeker nu onze aanvoerder weer terug is, de jongens het gevoel geven dat
we, als ze er voor knokken, achter ze staan. Dat er nog steeds vertrouwen is en
dat we trots zijn op onze club. Dat is wat er nodig is om over het dode punt
heen te komen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten