Dubbel verlies voor
Vitesse. De kop in de Gelderlander van afgelopen maandag was duidelijk. Het
gaat niet goed met de club. Zowel sportief als financieel was het zondag een
off-day. Een povere wedstrijd, een terechte nederlaag en bedroevende financiële
resultaten zorgen voor donkere wolken boven het Gelredome. Maar toch was er een
lichtpuntje. Ruim 500 supporters namen de moeite om naar Utrecht te gaan en
daar, zelfs tot het eind toe, de jongens te ondersteunen. Dat is wel eens
anders geweest en dat kun je dit toch winst te noemen.
Vroeger op Monnikenhuize stond het Arnhemse publiek al als
kritisch bekend. Op de ‘kankerbult’, zoals sommigen een gedeelte van de tribune
aan de Rozendaalseweg noemden, stond altijd een groep wat oudere mannen, die mopperen
tot kunst verheven had. Op een kleine kern op CC na, bestond de rest van de
toeschouwers vooral uit toekijkers en rustige supporters, die ook vooral lieten
horen wat er allemaal niet deugde. Echt fanatiek was het publiek zelden in
Arnhem. Absoluut niet te vergelijken met dat uit Rotterdam Zuid.
Ook in het Gelredome hangt vaak een matte stemming. Hoe
supportersgroepen ook hun best doen om de meute enthousiast te krijgen, het
blijft vaak een gezapig gebeuren op de tribunes. En ook nu is het gekanker niet
van de lucht. Het zal wel met de Arnhemse mentaliteit te maken hebben.
Waar Rotterdam prat gaat op het volkse karakter van de club, wordt Arnhem vooral gekenmerkt door ingetogenheid. De stad die wel bekend stond als ‘Het Haagje van het oosten’ heeft van oudsher een minder volks karakter. Als provinciehoofdstad had en heeft het verhoudingsgewijs meer ambtenaren. De dienstverlenende sector levert een ander soort werknemer dan havenarbeider en de toestroom van gefortuneerde Indiëgangers in het verleden hebben ook hun stempel gedrukt op de sfeer en mentaliteit in de stad. En dat proef je in het stadion. Dat zorgt vaak voor die wat sfeerloze wedstrijden.
Waar Rotterdam prat gaat op het volkse karakter van de club, wordt Arnhem vooral gekenmerkt door ingetogenheid. De stad die wel bekend stond als ‘Het Haagje van het oosten’ heeft van oudsher een minder volks karakter. Als provinciehoofdstad had en heeft het verhoudingsgewijs meer ambtenaren. De dienstverlenende sector levert een ander soort werknemer dan havenarbeider en de toestroom van gefortuneerde Indiëgangers in het verleden hebben ook hun stempel gedrukt op de sfeer en mentaliteit in de stad. En dat proef je in het stadion. Dat zorgt vaak voor die wat sfeerloze wedstrijden.
Bij Feijenoord kun je zien wat een fanatiek publiek kan
veroorzaken. Meestal is het daar voetbaltechnisch niet hoogstaand, maar door het
enthousiasme en de clubliefde van de supporters worden de jongens daar vaak tot
grotere prestaties gedreven dan je van ze zou kunnen verwachten. De invloed van
het publiek is dan merkbaar in de werklust en fanatisme van de voetballers.
Passie willen ze daar zien en passie krijgen ze ook.
In Arnhem krijgen we het voetbal dat bij de stad hoort,
lijkt het wel. Ingetogen, verzorgd, met een duidelijke visie. Volgens kenners
prachtig voetbal, maar soms wel wat saai. De
beuk der in! wordt er wel eens geroepen. Maar bepaald niet door het hele
stadion. Als het tegenzit wordt er heel wat afgemopperd en als het goed gaat,
kan het altijd beter.
Hoe verander je die mentaliteit? Hoe krijg je ook sfeer in
het stadion? We zullen moeten roeien met de riemen die we hebben. Het enige wat
echt helpt is natuurlijk de prestatie van het eerste elftal. Maar ja, we
blijven voorlopig niet meer dan maximaal een subtopper. De financiële situatie geeft
geen ruimte voor aankopen of het behouden van bovengemiddelde spelers. Het is
niet anders.
Het enige wat die financiële situatie positief kan
beïnvloeden is de uitstraling van de club. In een club waar iedereen het over
heeft, in positieve zin dan, wil men wel investeren. En die uitstraling begint
bij de supporters. In die zin was de wedstrijd tegen Utrecht pure winst.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten